Dick schrijft twee-wekelijks een column over het reilen en zeilen op Klup. Over vriendschap, bijzondere activiteiten of andere actuele (Klup)zaken. Dick houdt best van een beetje aandacht dus zo schrijft hij ook. Hij hoort graag wat je van zijn blog, die om de week op zaterdag verschijnt, vindt. Reageer in de Klup app onder zijn blog. Ook kritische noten hoort Dick graag! Deze week gaat het over een zak hooi.
Zak hooi!
Een ander passend scheldwoord dat me te binnen schoot was Domme Hondenbrok, maar beide heb ik niet gebruikt. Ik was met een oude dame naar een dierenwinkel gereden. Niet in mijn vriendelijke dorpje, maar in een andere plaats in de buurt. We gingen voor drie kilo kattenbrokjes en een strengetje pinda’s. Bij de kassa werd de vriendelijke cassiere nét afgelost door een man van in de veertig.
Hij zei niks. Geen goede middag, geen “Wie is er dan?” Helemaal niks. Ik legde de boodschappen op de balie naast de kassa en wachtte af. De man liep twee passen naar de balie en bleef stokstijf staan. Ik wachtte. Na twee seconden maakte hij een handgebaar waarmee je bijvoorbeeld een wesp wegjaagd. Zo’n wegwuifgebaar. Ik keek hem vragend aan. Zijn eerste woorden waren een kort maar krachtig: “Anderhalve meter!” waarbij hij het gebaar herhaalde. Verbaasd deed ik een stap achteruit en sprak licht geïrriteerd: “Weet u wat? Ik ga naar buiten, want ik ben bang dat ik ziek van u word.” Het kan natuurlijk zijn dat het een voorzichtige ongevaccineerde man was, maar in ieder geval was hij ongefatsoeneerd. Misschien had hij een bloedhekel aan zijn baantje of aan kattenbrokken of was gewoon ongemanierd. Misschien stond hij in zijn recht maar ook behoorlijk op mijn tenen. Achteraf ben ik blij dat ik niet gezegd heb wat in me opkwam. “Vreet die brokken zelf maar op Zak hooi dat je bent!” Onverwachte zelfbeheersing. Het komt nog wel goed met mij.