
Het toerisme in Tsjechië zit al enkele jaren in de lift. Ook in 2019 steeg het aantal buitenlandse toeristen met 2,6%, naar 10,8 miljoen bezoekers. Maar die aantallen geven een vertekend beeld. Want ruim acht miljoen toeristen (ruim 85%) kwamen enkel en alleen voor een stedentripje naar de sprookjesachtige hoofdstad Praag. Is dat terecht of heeft Tsjechië meer in zijn mars? Ondanks de Coronacrisis werd onze verslaggever Thomas van den Berg door Czech Tourism uitgenodigd om die vraag te beantwoorden. Het hele reisverslag lees je in editie 4 van het Klup Magazine maar speciaal voor jullie hier een korte preview!
Op naar het Noorden.
Na anderhalf uur vliegen land ik op het vliegveld van Praag, waar ik word opgewacht door de vrolijke reisleidster Petra. Een geboren Tsjechische die al jaren in Nederland woonachtig is. Waar de overgrote meerderheid van de toeristen linea recta koers zet naar het historische centrum, stappen wij in de bus en rijden in noordoostelijke richting. Op naar Hradec Králové, wat nog een van de makkelijker uit te spreken Tsjechische namen is. Na een rit van ongeveer anderhalf uur, over opvallend goede wegen, komen we aan bij Hotel Arnika in het bergdorpje Janské láznē, aan de voet van het Reuzengebergte. Het hotel is van de ouderwetse Sovjet-signatuur en daardoor weinig ‘instagrammable’, maar de service en het personeel zijn zeer hartelijk en gastvrij. Wat direct opvalt is dat de Tsjechen, in tegenstelling tot de meeste landen die we associëren met het Oostblok, uitstekend Duits spreken en ook in het Engels een heel eind komen. En dat is prettig want het Tsjechisch klinkt prachtig, maar kent bijzonder weinig aanknopingspunten voor iemand die enkel Germaanse talen machtig is.
Spa-Mekka
De lunch is typisch Tsjechisch. Dat wil zeggen: een groot bord warm eten met genoeg voedingswaarde om in een rechte lijn naar de top van het Reuzengebergte te marcheren. En omdat het typisch Tsjechisch is, drink ik daar op aanraden van Petra een groot glas bier bij. En dat kan er prima vanaf, want voor het geld dat ik op Schiphol kwijt was aan een muf croissantje kun je hier uitgebreid en smakelijk dineren. Vanaf het terras van het hotel kijk je uit over Janské láznē, een idyllisch bergdorpje dat onder de Tsjechen vooral populair is dankzij de vele spa’s. Waarvan de oudste, een sanatorium opgericht in 1935, zich midden in het historische centrum bevindt. Iedere spa specialiseert zich in de bestrijding van specifieke lichamelijke klachten. De spa is dan ook diep verankerd in de Tsjechische cultuur en gezondheidszorg, waar men door de dokter naar een spa wordt verwezen in plaats van de fysiotherapeut. Tijd om te bubbelen is er niet, want we trekken naar boven de bergen in.

Wintersport
Eerst stoppen we nog even bij de Tree Top Trial (Boomkroonpad), een van de vele Tsjechische projecten die met steun van Europese Unie zijn gefinancierd. Het is een gigantisch, spiraalvormig houten bouwwerk van ruim 42 meter hoog. Vanaf de top kijk je, zoals de naam al doet vermoeden, uit over het bos en de omliggende bergen. De Tree Top Trial dient een educatief doel en leert je alles over de natuur en geologische oorsprong van de regio. Om ook de kinderen (en mij) aan te spreken, kun je via een glijbaan van de top naar beneden roetsjen en sta je binnen, pak’m beet, vijf seconden ietwat groggy weer op de Tsjechische bosgrond.
Genieten van de stilte
Iets verderop ligt de bergtop van Černá hora. Deze kun je op wandelen, maar er is ook een gondellift. Terwijl de gids ons rondleidt, worden de bergen prachtig verlicht door de zon van deze nazomermiddag. Op de top, naast het liftstation, is een gezellige barbecue aan de gang waar de lokale bevolking zit te borrelen na een actieve middag. Het blijkt namelijk een geweldige plek om te wandelen, te fietsen of gewoon te genieten van de stilte. Met een beetje verbeeldingskracht waan je je in de Oostenrijkse Alpen. En dat is niet zo vreemd, want zodra de bergen bedekt zijn met een flink pak sneeuw, kun je hier iedere mogelijke wintersport beoefenen. Het gebied, dat zich uitstrekt tot de aan de Poolse grens, is een aaneenschakeling van drie kleinere skigebieden (samen goed voor 50 km piste) die onderling verbonden zijn met een handige shuttlebus. De pistes in Černá hora, Pec pod Snezkou en Cerny Dul bieden ieder genoeg skiplezier en variatie voor een hele dag en zijn uitermate geschikt voor beginnende wintersporters en gezinnen met jonge (klein-)kinderen.

De mooiste onontdekte plek van Europa?
De volgende ochtend zitten we al vroeg in de bus richting de rotsen van Teplické, een plek waar ik eerlijkgezegd nog nooit van gehoord had. Bij aankomst ben ik nog niet direct overmand door enthousiasme. Want hoewel Tsjechië de voorbije decennia langzaam maar zeker is opgekrabbeld uit het communisme, is die grimmige geschiedenis op sommige plekken nog voel- en zichtbaar. De ingang van het natuurpark is dan ook van de archetype grauwigheid die anno 2020 nog zoveel delen van het Oostblok ontsiert. Maar als je eenmaal voorbij de troosteloze ingang en toiletgebouwen bent… Ik ben op veel plekken in Europa geweest maar ben zelden zo overdonderd. Het natuurgebied biedt diverse wandelroutes. De gids neemt ons mee op een tocht die ongeveer drie uurtjes duurt. Na deze avontuurlijke wandeling zul je pijn aan je kaken hebben omdat je mond zo vaak van verbazing is open gestuiterd. Het is het werkelijk een kleiner zusje van de Rocky Mountains, recht in onze Europese achtertuin. De zandstenen rotsformaties die om de paar meter tussen de bomen opdoemen zijn bijna angstaanjagend imposant. Geen vierkante centimeter is hetzelfde.
De reis van Thomas stopte niet na het bezoeken van de rotsen van Replické. Hij reisde door naar Bohemen en wie Bohemen zegt, zegt kastelen en kloosters en kookte zijn eigen diner in het Vienna House Diplomat. Wil je zijn hele reisverslag lezen? Haal dan snel het Klup Magazine bij een supermarkt bij jou in de buurt!
In samenwerking met onze reispartner Estivant Vakanties bieden wij meerdere reizen naar Tsjechië aan. Kijk op www.estivant.nl/klup voor meer informatie en het aanbod.